Ik ben
afgelopen juni afgestudeerd. De opleiding CMV (Culturele en Maatschappelijke
Vorming) bleek één groot feest. Het was een opleiding waar ik me thuis voelde.
Een warme deken, een maatpak, een tweede ik. En toen was ik klaar. Hup, de
wijde wereld in. Het begon zeer optimistisch. “I can do it!”, dacht ik. “Ik kom
zo aan een baan!”. Uiteindelijk bleek dit slechts een illusie. Solliciteren is
tegenwoordig niet meer zo makkelijk. Concurrentie, bezuinigingen en
reorganisaties zorgen er voor dat je niet meer zo makkelijk aan een baan komt
als voorheen.
Het proces
van solliciteren begon rustig aan. Ik was immers net afgestudeerd en het was
tijd voor vakantie. Op een gegeven moment was de warme zomer voorbij en het was
tijd om te solliciteren. Na een aantal sollicitatiebrieven te hebben geschreven
(en vervolgens een aantal afwijzingen in mijn mailbox terug te vinden) kreeg ik
eindelijk een positieve reactie op een van mijn brieven. Ongeveer een week na
de uiteindelijke instuurdatum kreeg ik antwoord van de desbetreffende
instelling. Ze vertelden me dat er meer dan 500 sollicitanten hadden gereageerd
op de vacature. “Daar ga ik”, dacht ik. Ik maak natuurlijk geen schijn van
kans. Maar gelukkig bleek het heel anders te zijn. Ik was uitgenodigd voor de
eerste sollicitatieronde en behoorde tot de laatste 30 sollicitanten! Ik was
stomverbaasd, maar natuurlijk erg blij. Ook al was dit niet mijn droombaan, ik
wilde wel graag aan de slag!
Voor de eerste
sollicitatieronde moest ik een elevatorpitch voorbereiden van één minuut,
waarin ik moest vertellen over mijzelf, over wat mijn ervaringen en ambities
waren en waarom ik geschikt zou zijn voor deze functie. De korte presentatie
zou plaatsvinden bij de instelling zelf. Uiteindelijk bleek dat ik mezelf op
een podium moest hijsen en door een microfoon moest praten voor de totale staf plus
de 29 andere (power) vrouwen die ook solliciteerden. Voordat ik de deur
binnenstapte had ik nog de illusie dat ik kans maakte op de baan, maar na de 29
pleidooien van de andere kandidaten bleek dat ik een onervaren loser was,
weliswaar mét presentatie skills. (De helft van de andere kandidaten beschikten
hier namelijk zeker niet over). Tegen al mijn verwachtingen in was ik toch door
naar tweede ronde. In deze ronde moest je langs vier tafeltjes om bij elk
tafeltje over een verschillend onderwerp te praten. Ik ging rustig zitten bij
een van de tafeltjes, wachtend op wat er zou gaan komen. Een rollenspel. “Ok”,
dacht ik, “laten we dat dan maar gaan doen”. Het bleek een totale misère te
zijn. Ik had totaal niet verwacht dat er na het uitspreken van de woorden “we
gaan beginnen met een rollenspel” een orkaan van scheldwoorden over me heen
kwam en ik uitgemaakt zou worden voor rotte vis. Totaal overrompeld door het
verbale geweld stamelde ik “uh.. rustig aan..? Of zo..”. Ik wist niet zo goed
wat ik ermee aan moest, aangezien ik (thank god) nooit in zo’n situatie terecht
was gekomen. En uiteraard belden ze me een aantal dagen later op dat ik het
niet geworden was, ‘omdat ik niet sterk genoeg in mijn schoenen stond’. Ok,
daar zat wat in. Ik troostte me met de gedachte dat ik wel bij de laatste 10
kandidaten zat. Nét niks.. Zo zullen we het maar noemen. Maar ik was wel een
ervaring rijker.
Vervolgens kreeg
ik de tip om mijn CV wat op te pimpen. Het was inderdaad een saai CV en als
creatief aangelegd persoon verwacht men kennelijk dat je CV er heel fancy en
kunstzinnig uit zou moeten zien. Ik wist wat mij te doen stond: wat meer
structuur, wat meer kleur en een kunstzinnige foto fleurden mijn ‘bewijs van
kunnen’ op. De volgende sollicitatiebrief werd geschreven. Begeleid door mijn
nieuwe CV dacht ik dat de baan wel in the pocket zou zijn. Hier volgt mijn eerste
tip van de dag. Let goed op! Want kennelijk ga je een beetje naast je schoenen
lopen door je ‘bijna-succes’. Gelukkig stond ik na twee afwijzingen weer met
beide benen op de grond en daalde mijn zelfvertrouwen af naar zero. Dan volgt
het moment dat de moed je in de schoenen zakt en je als een bezetene gaat
schrijven. Zenuwachtig schreef ik sollicitatiebrief na sollicitatiebrief, in de
hoop dat het iemand iets in mij zou zien. Inmiddels ben ik acht maanden verder
en naar horen zeggen is dat het gemiddeld aantal maanden dat een pas
afgestudeerd persoon nodig heeft om de juiste baan te vinden en ook
daadwerkelijk te krijgen. Mijn tijd is dus aangebroken! We houden de moed erin.
Ondanks dat
mijn sollicitatie avontuur nog niet is uitgemond in een succes heb ik toch een
aantal tips voor anderen die ook bezig zijn met solliciteren:
- Zorg
voor een duidelijke en goed verzorgde CV. Je CV is vaak nog belangrijker dan de
begeleidende brief.
- Maak
gebruik van je netwerk. Ik heb gemerkt dat er veel mensen zijn die je graag
willen helpen aan een baan. Wellicht kunnen zij een goed woordje voor je doen.
- Zoek
op internet naar een leidraad voor het schrijven van je brief. Op de website
van ‘Carrièretijger’ staan een aantal vragen die je kan gebruiken om je
sollicitatiebrief op een gestructureerde wijze samen te stellen.
- Blijf
vooral jezelf en schrijf dus geen dingen op die je nooit zou zeggen.
Uiteindelijk val je toch door de mand.
- Laat
je brief, voor je hem verstuurt, door iemand anders controleren. Het liefst
iemand die verstand heeft van schrijven of die ervaring heeft met het
beoordelen van sollicitatiebrieven.
- Als
je uiteindelijk voor een gesprek wordt uitgenodigd zorg er dan voor dat je iets
opvallends aantrekt. Zo onthouden werkgevers je beter: “jij was toch dat meisje
met dat mooie gele colbertje”.
Medesollicitanten,
succes! Een prachtige toekomst ligt voor ons open. De enige vraag is: wanneer
gaat die toekomst nou eindelijk beginnen?