Het wordt
eens tijd voor een ode aan mijn favoriete stad: Den Haag. Natuurlijk is dit
mijn favoriete stad omdat het mijn thuis is en omdat ik hier al mijn hele leven
woon, maar het is ook mijn favoriete stad gewoon omdat het zo is! En waarom?
Tja, dat is een gevoel, een gevoel van thuis zijn, van warme chocolademelk met
slagroom, van Kelder gebak (dan wel hazelnoot crème graag), van warme voetjes geplant
in de Haagse klei (helaas ben ik niet van het zand), van een onvoorwaardelijke
vriendschap. Gek eigenlijk dat dat kan, een onvoorwaardelijke vriendschap met
een stad. Maar telkens weer wordt er voor mij bevestigd dat Den Haag de enige
stad in Nederland is waar ik écht van houd.
In de
afgelopen maanden was ik regelmatig te vinden in onze hoofdstad. Veel mensen
beschouwen dit als hun favoriete stad en dus vroeg ik me af waarom. Ja, er is
veel te zien, te beleven en te doen. Het is een echte wereldstad met mooie
grachten en bootjes en Amsterdammertjes en toeristen en hipsters en musea en er
is altijd wel wat te beleven. Er zijn mooie parken en het is groot, heel groot,
vooral voor de Hagenees. Ze spreken er een vreemd accent, doen heel
cosmopolitan en hip en lopen hard op hun Nike’s door het Vondelpark. En toch,
toch verlang ik altijd terug naar die mooie stad achter de duinen.
Op een vrije
dag loop ik graag in het centrum en kijk nieuwsgierig om me heen naar de mooie
gebouwen en de nog onontdekte winkeltjes, straatjes en panden. Zo nu en dan
struin ik door de winkelstraat of in een steegje. Ik kijk dan even omhoog en
ontdek steeds weer nieuwe, leuke dingen, zoals mooie glas-in-lood ramen in het
steegje naast de Etos, richting de Kettingstraat. Of de Ooievaar boven de
ingang van café de Boterwaag.
Zodra de
eerste zonnestralen doorbreken zitten de terrasjes vol vrolijk lachende mensen.
Alternatievelingen op de Grote Markt en yuppen op het Plein. Studenten chillen
in de Paleistuinen, kinderen spelen op het Rabbijn Maarsenplein en
multicultureel Nederlands bivakkeert in het Zuiderpark. Op zonovergoten dagen
ga ik graag naar het strand. Het liefst fiets ik dan eerst door de duinen bij
de Fuut of de Kwartel. Je waant je even in een andere wereld, midden in de
natuur, tot je aankomt aan het eind van het duin en uitkijkt over de Haagse
kust, van Kijkduin tot Scheveningen. Als het weer helder is zie je links de
Maasvlakte liggen. Op sommige plekken mag je ’s avonds barbecueën en
kampvuurtjes maken op het strand, onder het toeziend oog van de prachtige
ondergaande zon.
Een gezellig
kleinschalig centrum, altijd een bekende tegenkomen tijdens het winkelen, hangjongeren
die de tram voor je openhouden wanneer je als een malloot aan komt rennen, de
eeuwige opengebroken wegen, de toch nog in stand gehouden grachten, de
tramtunnel, I can’t live without them! Doordeweeks eet ik graag bij Vapiano met
vriendinnen of met mijn moeder. Voordelig en lekker! En vervolgens na het
toetje een filmpje pakken in Pathé Buitenhof of Spuimarkt. Op maandag,
woensdag, vrijdag en zaterdag kan je heel goedkoop inkopen doen op de Haagse
Markt en ook zijn er grote festivals, als Parkpop, Life I Live en de Parade. Typisch
Haags zijn de lokale festivalletjes, waar buurtbewoners en belangstellenden
elkaar ontmoeten en een podium aan Haags talent wordt geboden. Naast mooie
musea, gezellige home made marktjes en overvolle kroegjes zijn er ook speciale gelegenheden,
zoals Open Monumentendag of Vlaggetjesdag waarop Den Haag (en Scheveningen) in
een ander zonnetje wordt gezet. Een echte aanrader is de Ooievaart, waarbij je
Den Haag aan de grachten leert kennen. Een vermakelijke, culturele dag,
voorzien van een persoonlijk verhaal door de vrijwillige kapitein.
En dan is er nog mijn Haagse held Harrie Jekkers. De Haagse band ‘de Règâhs’ en
vooral het nummer met de tekst: ‘De allermooisten van de hele wijde wereld zijn
de meisjes uit Den Haag’ (so true). Het groen-geile boekje met de weelderige
literaire woorden uit het plat Haags. Fietsend door de Schilderswijk, wel graag
overdag, omringd door heerlijke etensgeuren. De Grote Kerk die elk uur de
eerste noten van Radar Love slaat. De
Haagse kakkers, onze beroemde Hopjes, het best leidingwater.. Ja ja, allemaal
in Den Haag. Helaas hebben we ook figuren genaamd Barbie en Jokertje en een
type mens dat ‘ADO hooligan’ genoemd wordt. Goed, die nemen we dan maar voor
lief.
En ja... hoe moet je zo’n
liefdevol Haags verhaal eens afsluiten? Welke woorden omvatten de liefde die ik
voel? Heel lang hoef ik hier gelukkig niet over na te denken. Natuurlijk moet
een écht Haags verhaal afgesloten worden met een quote van een échte Haagse
held. Een voorbeeld, een master, een schrijver van ons geliefde volkslied Oh,
Oh, Den Haag. Want net als grootheid Harrie Jekkers intens en welgemeend verwoordde
zou ik met niemand willen ruilen. Meteen gaan huilen als ik geen Hagenees zou
zijn.