Lizzie's Look On Life

Lizzie's Look On Life: juli 2014

maandag 14 juli 2014

15# De paradepaardjes van de Parade



De afgelopen tien dagen stonden voor mij in het teken van de Parade, hét reizend theaterfestival dat jaarlijks plaatsvind in de vier grote steden. Vaag herinner ik me de tijd dat de Parade nog in het Zuiderpark was. Ik was een jaar of zeven, zuurstok in de aanslag, starende naar die indrukwekkende zweefmolen. Waarschijnlijk trad Hakim op en was het terrein bezaaid met kinderen en ouders van mijn cultureel verantwoorde basisschool: Herkenbaar aan hun wijde alternatieve kleding, gympies, zelf geconstrueerde bakfiets en de door de kinderen geknutselde sieraden, die met trots werden gedragen - niks mis mee overigens.  En nu, zoveel jaar later, beleefde ik de Parade intenser dan ooit tevoren. 

Het was vrijdagmiddag 4 juli toen ik arriveerde op een nog leeg terrein. Het was de eerste dag van de Parade in Den Haag en de organisatie, acteurs, technici, vrijwilligers en horecamedewerkers werkten hard om het terrein startklaar te maken. Parade maken, dat is wat ik zou gaan doen. Een aantal weken geleden had ik nog geen idee wat dit was, maar op dit moment begreep ik dat ik de voorstelling ‘Happy Family’ van theatergroep Fantasten zou gaan promoten onder het Haags Paradepubliek. Ik maakte me hier enigszins zorgen over, want het aanspreken van random mensen en het aan de man brengen van welk product of welke dienst dan ook hoort niet bepaald bij mijn dagelijkse bezigheden. Toch leek het me leuk om deel uit te maken van het reizend event en dacht ik dat het eens goed zou zijn om uit mijn comfortzone te treden. Wie weet zou dit me ergens brengen.

Voor het terrein geopend werd en het overmatig aansmeren zou beginnen moesten er nog een aantal zaken gesjouwd, beplakt of geïnstalleerd worden. Dit was intensief werk, dat extra werd bezwaard door de hoge, zomerse temperaturen en het fel brandende zonnetje. In Parade Theater 2 liepen de temperaturen in de nok van de tent op tot zo’n 50 graden. Dapper klom technicus Rick op de gloeiend hete ladder om de lampen in te stellen. Een regen van lichaamsvocht kletterde neer op de zwarte theater vloer. Wat een held.

Een aantal uur - inclusief klotsende oksels en vermoeide ledematen - later begon het echte werk. Gewapend met flyers (die niet mochten worden uitgedeeld, tenzij iemand er nadrukkelijk om vroeg), een goed verhaal en een brede glimlach bestierden we het dichtbevolkte terrein. Onder de parademakers en het kassapersoneel bevonden zich vier, in het rood geklede meisjes, onze vedette ‘Snorella’ en de vrolijk dansende Dennis, die onherkenbaar – masker inbegrepen - over het terrein schreed. 

Gelukkig viel het parade maken heel erg mee. De eerste stap, het aanspreken, was eigenlijk het lastigst. Wanneer ik eenmaal op gang was bleef ik ratelen over de prachtige voorstelling. Want prachtig was het zeker! ‘Happy Family’ is een tragikomisch stuk waarin niet gepraat wordt, omdat het verhaal wordt verteld met het lichaam. Gelukkig is het niet heel abstract en zweverig en is het voor iedereen te begrijpen. De acteurs dragen maskers en dit maakt het stuk zowel intrigerend als ontroerend. Het samenkomen van fysiek theater in combinatie met maskers ontsproot, als voormalig mime-cursist, in een mime-hart dat overuren sloeg. 

De voorstelling van theatergroep Fantasten gaat over een gezin in de dagelijkse sleur. Elke dag is hetzelfde en alles is routine geworden. Tot de opstandige, puberende zoon hier genoeg van heeft. Hij besluit de dagelijkse gewoonten te achter zich te laten en verlaat het ouderlijk huis. Op dat moment is niets meer hetzelfde. Het gezin gaat van hoge pieken naar diepe dalen. De emotionele achtbanen, frustraties en verwarringen maken van het stuk een meeslepend en indrukwekkend schouwspel. Met een ietwat dramatisch toontje en de nodige handgebaren schetsten wij, parademakers, dit verhaal aan het hongerig publiek. Zo’n vijftien minuten voor de voorstelling keerden we terug naar onze tent, waar wij spontaan – net als in een Bollywood film – uitbarsten in de vrolijke ‘Happy Family dans’. 

Er heerste er een gezellig en uitgelaten sfeertje op het festivalterrein. Ontblote lichaamsdelen en lachende gezichten draaiden reikhalzend richting zon. Het buitenleven werd volop geleefd.  Het viel me op dat er naast de verwachte Bomenbuurt-, Regentessekwartier- en Zeeheldenkwartier-bewoners (de gemiddelde leerling op mijn basisschool) er ook veel jonge, hippe mensen waren, die niet zozeer voor de voorstellingen kwamen, maar meer om te eten, te pimpelen, hip te zijn en natuurlijk te zien en gezien te worden. Guitig lurkten ze aan een enorm glas sangria, terwijl half hoogstaand artistiek Nederland de sterren van de hemel speelden in de door deze types niet bezochte tenten. Het was het soort bezoeker dat ik niet zo snel zou aanspreken om enorm parade te maken, gewoon omdat het toch geen zin had om het te proberen. Uiteindelijk besloot ik ze te beschouwen als een soort menselijke propaganda voor de kunsten, die met behulp van hun Selfies en Facebookupdates anderen enthousiasmeerden om ook te komen. Dit maakte hun aanwezigheid nog enigszins dragelijk.

Bovendien was er een klein groepje ‘vreemdelingen’: mensen die werkelijk niets met kunst en cultuur hebben, maar via buren en Facebookupdates van bovengenoemden gehoord hebben dat de Parade best gezellig is en dat je er redelijk goedkoop kan eten en zuipen. Urenlang lopen ze er lallend rond, geen flauw benul van wat er gaande is. Tot er een meisje in een rood jurkje verschijnt dat van wal steekt over iets wat ze eigenlijk niks zegt, iets in Parade Theater 2. Toch waarderen ze het dat iemand de moeite neemt om te vertellen over wat ze doet en besluit het groepje op het laatste moment om toch naar de voorstelling te gaan. Vrolijk wuivend met hun kaartje staan ze dan voor de deur van de tent en jengelen: ‘We zijn toch gekomen! Door jouhouuu’. Stiekem vindt het meisje in het rode jurkje dit wel erg grappig, ware het niet dat de vreemdelingen dronken zijn en uiteindelijk de voorstelling verstoren.

Na drie dagen kwam er een eind aan het parade maken en maakte Parade Theater 2 plaats voor een andere voorstelling. Gelukkig kon ik met mijn Paradepas, als een ware VIP, een aantal dagen later de Parade vanuit een ander oogpunt bekijken met mijn theatrale vrinden Felix en Viviënne. De tijd was aangebroken om de concurrentie te aanschouwen. En dus kochten we een programmaboekje, zette ik mijn organisatorische CMV skills in en kwamen we uiteindelijk tot een mooi programma. Het werd een voorstelling met Bram (van der Vlugt a.k.a. de voormalige Goedheiligman), een conference van Joep (Onderdelinden, ook wel bekend als Postbode Siemen),  een opzwepende voorstelling van Bokko (toffe dansgroep, ondersteund door zelfgeproduceerde Japanse animé en Aziatische dansmoves á la Gangnam Style) en Jules (oftewel de Deeldeliers met Jules Deelder).

Zeer georganiseerd en heel goed voorbereid liepen we als ware pro’s over het Paradeterrein. Hier en daar dronken we wat, aten we fish & chips, maakten we zelf poffertjes en draaiden we een rondje in de zweefmolen. Als kinderen zo blij waren we met deze zonnige, gezellige dag. We doopten Joep tot onze favoriet, niet alleen door zijn hilarische voorstelling, maar ook dankzij zijn schattige oortjes (vond Felix) en zijn mooie benen – heel goed geconserveerd, en dat voor zijn leeftijd! 

Tja, en toen was het klaar. De Parade in Den Haag was voorbij. Voldaan keerden we huiswaarts en ging mijn Paradepas het plakboek in. Gelukkig is er voor de geïnteresseerden nog een kans om de Fantasten en de conference van Joep Onderdelinden in Utrecht en Amsterdam te aanschouwen. Dus lieve kunst en cultuur waarderende vrienden en familieleden: Gaat dat zien!